Inleiding

De planeten binnen ons zonnestelsel draaien om een ster. Deze ster wordt de Zon genoemd. De Zon geeft ons warmte en licht (energie).
Ook zorgt de Zon (maar hoofdzakelijk de Maan) voor getijde op onze planeet Aarde.

Geschatte leeftijd: 4,6 miljard jaar.
Gehele levensduur: 10 miljard jaar.

De Zon wordt ook wel een gele dwerg genoemd. Zij heeft een diameter van 1 392 000 kilometer en is daarmee het grootste object binnen ons zonnestelsel.

 

Samenstelling

Binnenin de Zon (de kern) is het ongeveer 15 miljoen kelvin. Daar fuseert waterstof tot helium.
Per seconde wordt ongeveer 700 miljoen ton waterstof omgezet in ongeveer 695,6 miljoen ton helium. Het verschil van 4,4 miljoen ton wordt uitgestraald in de vorm van gammastraling (fotonen) en neutrino’s.

 

Rotatie

Omdat de Zon niet vast is maar verkeert in een plasmatoestand, variëren de rotatiesnelheden. De rotatie aan de evenaar is 25 dagen en de rotatie aan de polen is 35 dagen. Maar omdat de Aarde continu om de Zon roteert is de waargenomen snelheid van de Zon rond haar evenaar ongeveer 28 dagen.

 

Fotosfeer

Het zichtbare licht dat wij ontvangen van de Zon (of andere sterren) heet de fotosfeer. De fotosfeer is de diepste laag van de atmosfeer van de Zon en tevens de diepste laag waarvan we de straling direct kunnen waarnemen.
De onderkant van de fotosfeer geldt als “oppervlak van de Zon” (omdat de Zon gasvormig is, is er geen vaste oppervlakte).
Vanaf de onderkant van de fotosfeer (dus de oppervlakte van de zon) reikt de fotosfeer tot een hoogte van ongeveer 300 a 500 km tot een laag waar de temperatuur een minimum bereikt: de temperatuur daalt van ongeveer 6500 K aan het Zons “oppervlak” tot 4500 K aan de bovenkant van de fotosfeer.
Daarboven begint de chromosfeer en gaat de temperatuur met toenemende hoogte weer stijgen.

 

Chromosfeer

Boven de fotosfeer vinden wij de chromosfeer. De chromosfeer van de Zon strekt zich uit van ongeveer 300 of 500 km tot ongeveer 2000 km boven het zonsoppervlak (onderkant van de fotosfeer). Het vreemde is dat de temperatuur niet daalt, maar stijgt met toenemende hoogte: de bovenkant van de fotosfeer (grens tussen de fotosfeer en chromosfeer) heeft een temperatuur van ongeveer 4500 K, maar aan de bovenkant van de chromosfeer is de temperatuur ongeveer 10.000-30.000 K, en daarbuiten ligt een zone waar de temperatuur snel verder oploopt tot meer dan 1.000.000 K in de corona.

 

Corona

Boven de chromosfeer vinden wij de corona. De corona is de hete atmosfeer rondom de Zon die met het blote oog alleen te zien is tijdens een zonsverduistering.
Zij is dan als een lichtkrans waarneembaar. De temperatuur van de corona ligt veel hoger dan het zichtbare oppervlak van de Zon – de fotosfeer.
De temperatuur van de corona ligt rond de 1.000.000 K.